Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Noach [26]begon een [27]akkerman te zijn, en hij plantte een wijngaard. 26. Of, een akkerman zijnde, begon te planten. 27. Of, landman. Hebr. Een man van de aarde, of van het aardrijk, dat is, een akkerman of landbouwer, gelijk onder hfdst.25 vs.27, een man van het veld, dat is, die in het veld zich meer ophoudt dan tehuis. 1 Sam.16:18, een man des oorlogs, dat is, een oorlogsman. Spreuk.6:11, een man van het schild, dat is, die schild en wapen in den oorlog gebruikt, enz.